Waarderen: Vermenigvuldigen of delen?
Het doel van de waardering is afhankelijk van het type traject. Bij een aankoop of verkoop van een onderneming zien wij dat de ondernemer met name geïnteresseerd is in wat de onderneming waard is. De koper wil niet te veel betalen; de verkoper wil een maximale opbrengst. Daarentegen zijn de betrokken verkoper en opvolger(s) bij een bedrijfsopvolging met name geïnteresseerd in een fiscaal gunstige opvolging, waarbij de bepaalde waarde van de onderneming een kleinere rol inneemt. Bij geschillen willen beide partijen juist dat een eerlijke prijs wordt bepaald. Ondanks deze verschillen in doelstelling is de manier van waarderen voor onze trajecten gelijk.
De markt multiple-methode
Een methode die wij in de praktijk veel zien, is de markt mutiple-methode. Bij deze methode wordt het bedrijfsresultaat van een onderneming vermenigvuldigd met een gemiddelde branche factor. De factor (multiple) wordt gebaseerd op binnen de branche gebruikelijk betaalde prijzen bij een overname. Voordeel is dat snel en eenvoudig een richtbedrag kan worden berekend. Het nadeel is dat geen rekening wordt gehouden met belangrijke elementen binnen de onderneming, zoals staat van onderhoud, levensfase waarin de onderneming of producten van de onderneming verkeren, toekomstverwachtingen en risico’s. Bovendien is een mutiple een gemiddelde van de branche. Hierin zitten grote, kleine, jonge en oude bedrijven. Geen enkel bedrijf is echter gemiddeld of hetzelfde.
De discounted cashflow methode
Een methode die wel rekening houdt met voornoemde elementen betreft de discounted cashflow methode (DCF-methode). Bij deze methode worden de toekomstige vrije geldstromen (verwachte operationele winst) van een onderneming, gebaseerd op onderbouwde prognoses en veronderstellingen, gedeeld door een berekende rendementseis. Kortom, we delen de jaarlijkse verwachte geldstromen door het geëiste rendement van de koper of investeerder. De rendementseis, ook wel de vermogenskostenvoet, bestaat uit verschillende onderdelen, zoals een premiepercentage voor de markt waarin de onderneming actief is en een bedrijfsspecifiek premiepercentage voor de risico’s die een onderneming loopt. De methode is ingewikkelder en kent natuurlijk wel enige subjectiviteit, maar is toekomstgericht en houdt rekening met wat je met een onderneming kan verdienen. We houden rekening met benodigde investeringen en verwachtingen ten aanzien van productontwikkeling en de levensfase waarin een onderneming zich bevindt, evenals met de levenscyclus van producten. Daarnaast nemen we wijzigingen in wet- en regelgeving en de gevolgen hiervan voor een onderneming ook mee in de toekomstige resultaten. Denkt u maar eens aan de stikstofuitspraak van de Raad van State of de PFAS bodemkwaliteit besluiten. Deze kunnen een behoorlijke impact hebben op een onderneming, waarbij ook hier geldt dat gerealiseerde winsten in het verleden geen garantie geven voor de toekomst.
Welke methode heeft de voorkeur?
De belastingdienst accepteert momenteel vrijwel alleen nog waarderingsrapporten die zijn gebaseerd op de DCF-methode. Ook bij geschillen, waarbij een onpartijdig waardeoordeel noodzakelijk is, is deze methode de meest gebruikte. Om deze reden gebruiken wij vrijwel altijd de DCF-methode om de waarde van een onderneming te berekenen. Door de toekomstige operationele resultaten te delen, wordt uiteindelijk ook het bedrijfsresultaat vermenigvuldigd. En bij iedere overdracht geldt dat de verkoper tevreden moet zijn met zijn opbrengst en de koper tevreden moet zijn met de aankoop. Anders vindt er immers geen overdracht plaats.
Kortom, eerst delen om te vermenigvuldigen blijft een beproefde wijsheid. Bent u ook benieuwd wat de waarde van uw onderneming is? Of van de onderneming die u op het oog heeft? Neem dan contact op met één van onze waarderingsdeskundigen.